Met lege handen

Stel je eens voor dat ik doodziek in bed lig. Een dokter komt bij mij, maar hij verontschuldigt zich onmiddellijk: hij is met lege handen gekomen. Hij heeft geen medicijnen, geen instrumenten, geen dossier, geen handboeken. Hij heeft zelfs geen diploma. Het enige wat hij kan doen is aandachtig naar mij luisteren.  Hoe dan ook zou ik vriendelijk blijven, hem de tijd geven om de aangeboden koffie te drinken, het telefoonnummer van een andere dokter opzoeken, en bij zijn vertrek een zucht slaken van verbazing en opluchting.  Ergens met lege handen toekomen … dat doen normale mensen niet. Vakmensen hebben hun werktuigen en kennis mee, vrienden en familie brengen een geschenkje mee, een taartje of een fles bubbels, ze hebben hun schoenen gepoetst en een vers gewassen hemd aangetrokken.   En dan horen we zondag in het evangelie hoe Jezus zijn apostelen uitstuurde om mensen te genezen, met lege handen. Ze hadden geen instrumenten, geen diploma’s, geen handboeken, geen eten, geen extra kleren. Maar tweehonderd jaar later waren ongeveer alle landen rond de Middellandse zee christelijk geworden. Waren die lege handen dan toch niet zo leeg?  Het is zeer ongemakkelijk om met lege handen te staan. Je hebt het gevoel dat je niets zal kunnen bijdragen, niets kan aanbieden. Je hebt het gevoel dat je waardeloos bent als je er staat zonder vakkennis of diploma, zonder uniform, geld, auto, telefoon, computerprogramma, als je niets hebt om je achter te verschuilen. Je bent zwak en kwetsbaar.  Tegelijk vergeten we dat vele mensen van zichzelf vinden dat ze niet normaal zijn en er dus niet bij horen. Omdat ze dik zijn, of te mager, of te groot of te klein. Omdat ze ros haar hebben of omdat ze geen mooi kleed hebben. Omdat ze geen diploma hebben of geen rijbewijs. Omdat ze de drukte niet aankunnen of omdat ze zo snel moe zijn. Omdat ze gescheiden zijn of nooit een lief gevonden hebben. Omdat hun vader zei dat ze onbekwame prutsers waren. Ze voelen zich als een stuk vuil, ze voelen zich onrein, en die gedachte, die geest, die gaat nooit weg.   Allemaal mensen die vinden dat ze in de wereld staan met lege handen. ‘Ga naar hen met lege handen,’ zegt Jezus. Durf het aan om al je beschermingsmuren en je pasklare antwoorden thuis te laten. Wie niets heeft, zal zich enkel vertrouwd voelen bij wie ook niets heeft. Een echt gesprek is enkel mogelijk tussen gelijken, waarbij niemand ook maar de indruk kan geven méér te weten, méér te zijn, méér te kunnen. Een echt gesprek wordt mogelijk als de zwakheden erkend worden en gedeeld kunnen worden. Dan worden die onreine geesten klein en onbelangrijk. Dan zijn de lege handen toch niet zo leeg. Dan kunnen mensen weer vertrouwen vinden. Dan kunnen ze genezen. (Mc 6, 7-13)  

Continue reading